Oro – myofunctionele stoornissen
Als de persoon inademt langs de mond in plaats van door de neus zal de elasticiteit in de lippen verminderen. Hierdoor wordt de articulatie minder pittig en veerkrachtig. Dit wordt benoemd als open-mondgedrag. Een te lage tongligging met als gevolg slikproblemen, tongpersen en een slappe articulatie wordt benoemd als habitueel mondademen. Tongpersen en infantiel slikken betekenen een afwijkende voorwaartse beweging van de tong in rust en bij activiteit. De tong wordt tussen de tanden geduwd in plaats van tegen het gehemelte. Tot slot kan de persoon ook lipzuigen en lipbijten ten gevolge van een open beet of kaakvorming. De verschillende soorten afwijkend mondgedrag kunnen door de logopedist verholpen worden via oro-myofunctionele therapie (OMFT).